Verhuizing met kinderen bij eenhoofdig gezag, update oktober 2021

Als ouder samen het ouderlijk gezag hebben over hun kinderen, dan moet een ouder toestemming krijgen van de andere ouder om te mogen verhuizen. Als de andere ouder geen toestemming geeft, kan aan de rechter om vervangende toestemming worden gevraagd.  Hierover lees je meer op: Verhuizen.
Maar wat als de ouder bij wie de kinderen wonen alleen het ouderlijk gezag heeft? Dus: wat geldt bij verhuizing met kinderen bij eenhoofdig gezag?
Op grond van de wet hoeft die ouder niet de toestemming te hebben van de andere ouder (zonder gezag) om met de kinderen te verhuizen.

Betekent dat dat de ouder, die alleen het ouderlijk gezag over de kinderen heeft, zo maar overal naar toe kan verhuizen met de kinderen?

De Hoge Raad heeft op 15 oktober 2021 duidelijk gemaakt dat die ouder niet zomaar overal naar toe kan verhuizen.
De Hoge Raad overweegt (zie Hoge Raad 15 oktober 2021)

Opmerking verdient dat ook bij eenhoofdig gezag een grondslag bestaat om de keuzevrijheid van de met het gezag belaste ouder ten aanzien van de woonplaats van het kind te beperken indien deze ouder niet voldoet aan de verplichting omgang tussen het kind en de andere ouder te bevorderen (art. 1:247 lid 3 BW). Op grond van art. 8 EVRM is de rechter in zodanig  geval gehouden alle in het gegeven geval gepaste maatregelen te nemen om de met het gezag belaste ouder ertoe te bewegen alsnog medewerking te verlenen aan omgang tussen het kind en de andere ouder. Een verbod aan de met het gezag belaste ouder om te verhuizen, dan wel een bevel aan deze om terug te verhuizen, kan een passende maatregel zijn. Daarbij valt in aanmerking te nemen dat zodanige maatregel minder ingrijpend is dan de toekenning van het eenhoofdig gezag aan de andere ouder, waarin de wet uitdrukkelijk voorziet (art. 1:251a lid 1 BW en art. 1:253c leden 1 en 3 BW).

Dus, wat geldt bij verhuizing met kinderen bij eenhoofdig gezag?

Uitgangspunt is dat de ouder met gezag met de kinderen mag verhuizen naar welke locatie die ouder ook wil.
Dat is anders wanneer die ouder niet voldoet aan de verplichting om omgang tussen het kind en de andere ouder te bevorderen.
In zo een situatie kan de rechter beslissen dat die ouder niet met de kinderen mag verhuizen of die ouder beveelt om met de kinderen terug te verhuizen.